Het antwoord van het IGOP op deze uitdaging is 'denkadviseren': een door ons ontwikkelde psychologische en 'taalfilosofische' interventiekunde. In plaats van steeds meer en verfijnder 'bedrijfskundige' management-tools te ontwikkelen en te implementeren, stimuleert een 'denkadviseur' zijn/haar klanten anders en origineler te denken over de aard, oorzaak en betekenis van de vraagstukken in hun organisaties en leert hen daarvoor ongebruikelijke ( = minder managerial, meer menselijke) oplossingen te bedenken. Belangrijker dan kennis van organiseren, veranderen en managen, is het nu om te kunnen ‘horen en begrijpen’ met welke gedachten, betekenissen en idealen mensen in organisaties zélf de problemen ‘produceren’, waarover ze advies vragen. Zulke 'denkprodukten', c.q. zulke 'problemen' zijn primair te veranderen of op te lossen met hulp van 'taal' - en juist niet met (management-) 'tools'! Dit volgt uit onderstaand stukje 'theorie' over de 'psycho-linguïstische' aard van 'problemen'. Wanneer iemand verschil of afstand bemerkt tussen wat hij wenst en wat hij waarneemt of ‘interpreteert’ (ofwel tussen z'n ‘ideaalbeeld’ en wat hij meent 'dat het geval is') ervaart zo iemand dat als 'lastig' en 'onaangenaam'. Zowel dit ideaalbeeld als de interpretatie van wat het geval is, zijn (echter) zijn eigen ‘bedenksels’. Ofwel: het zijn mógelijke, maar niet de énig mogelijke 'zienswijzen' - men zou ook andere idealen en/of andere interpretaties (hebben) kunnen bedenken - zelfs zodanig anders dat beiden onderling meer 'congruent' zijn. Meestal lukt het ook wel om, bijvoorbeeld, bij 'elk nadeel zijn voordeel' te zien/bedenken - en daarmee dat 'onaangename' gevoel te relativeren of zelfs zich tevreden te voelen bij dezelfde 'feiten' die eerst zo lastig leken! Maar als iemand niet meer op eigen kracht die andere zienswijzen kan bedenken, bijvoorbeeld omdat hij meent of zelfs ervan overtuigd is dat zijn waarnemingen en zijn 'bedenksels' daarbij, objectief juist en de enige 'waarheid' zijn ('zijnswijzen' in plaats van 'zienswijzen'), ja, dan zal zo iemand tegen een adviseur zeggen: "Die situatie daar (dat wat daar het geval is) bevalt me niet - er moet daar echt iets veranderen! Ik weet echter niet hoe dat moet. Maar jij bent daarin deskundig, dus adviseer me svp wat de beste aanpak is". Met deze taal laat de adviesvrager aan de adviseur horen dat hij 'ervan overtuigd is' dat 'de situatie daar' moet worden 'aangepakt' - en dat is wel een mogelijke maar niet een noodzakelijke 'interpretatie' van die situatie: andere interpretaties kunnen leiden tot geheel andere 'waarderingen' van een situatie en dus tot andere (of geen) adviesvragen ! Omdat overtuigingen ‘vast liggen’ in en door de taal waarin iemand denkt en spreekt, bestaat adviseren uit het samen ‘spelen van een taalspel’, waardoor er ‘speling’ kan komen in de taalcodes ( het discours) van de advies vragende probleem verteller. In die speling kunnen dan nieuwe zienswijzen zich ontvouwen waarmee 'oplossing' biedende perspectieven en mogelijkheden kunnen worden bedacht. Denkadviseren betekent dus: de advies vragende probleemhebber (c.q. de probleemproducent ) helpen speling te brengen in die 'waarheidsclaim' op zijn overtuigingen. Om daardoor de afstand tussen die twee overtuigingen te kunnen verkleinen, of zelfs die overtuigingen te kunnen vervangen door andere, aantrekkelijker zienswijzen. Het helpt als iemand gaat zien dat zijn 'zienswijze' ( dat wil zeggen: zijn idealen, zijn interpretaties, zijn overtuiging ) weliswaar mogelijk en legitiem is, maar dat dit niet de enig mogelijke, noch de enig juiste en dus ook niet de dwingend noodzakelijke of de meest verstandige zienswijze is ! Dat is de kunst van denkadviseren: problemen herkenbaar maken als het gevolg van overtuigingen, zienswijzen en idealen die 'discours gebonden' zijn, in plaats van het gevolg van omstandigheden ( feiten, doelen, stucturen, etc.) die zich 'in de werkelijkheid' als 'feiten' lijken voor te doen. Een denkadviseur kan de klant stimuleren speling toe te laten, door zelf met de taal die hij inbrengt steeds buiten de codes van de taal van de klant te blijven en/of door voor de klant aannemelijk te maken (met verleidende of argumenterende taal, soms uit een heel ander discours !) dat de overtuigingen van de klant weliswaar ‘mogelijk’ en legitiem zijn, maar dat die gelukkig niet ‘noodzakelijk’ of bijvoorbeeld moreel onbetwistbaar zouden zijn! Hoe meer verleidend, subtiel, aandachtig, respectvol en bescheiden de adviseur dit taalspel speelt ( of meespeelt), des te groter is de kans dat de klant tijdens het adviesgesprek de ruimte en vrijheid gaat ervaren om - soms met een olijk sprongetje – zijn/haar ‘oude overtuigingen’ los te laten en tot geheel nieuwe inzichten ( ideaalbeelden en interpretaties ) te komen.
Dit proces van ontstroeven en ontvouwen van zienswijzen, door de werking van taal, ervaren zowel de klant als de adviseur als iets ‘moois’ en verblijdends. Dat is de Poëtica van het denkadviesproces: een spel van psychologische, taalfilosofische en poëtische Verleidingskunst ! -.-.-.-.-.-. -.-.-.-.-.-. -.-.-.-.-.- Wilt u meer lezen over Denkadviseren? Lees dan het in september 2010 verschenen boek "Denkadviseren" en/of de artikelen in de bundel "Denkwerk en Taalspel in organisaties" (zie onder de knop: "Publicaties') Wilt u zelf leren Denkadviseren? Doe dan mee aan de LIK: ons jaarlijkse "Leerproject Interventiekunde - een opleiding tot denkadviseur". (zie onder de knop: "Aanbod"/ Trainingen / LIK) Het boek, die artikelenbundel en/of de brochure met uitgebreide informatie over de LIK kunt u bestellen via het aanvraagformulier (zie onder de knop: "Info" ) |